Islamitisch onderwijs

 

Ruim honderd jaar was het haast taboe om de vrijheid van onderwijs ter discussie te stellen. Vrijheid klinkt goed, maar het gaat er om dat op godsdienst gebaseerd onderwijs volledig wordt bekostigd door de overheid op dezelfde wijze als openbaar onderwijs.

Maar nu er islamistische scholen gekomen zijn, komt er wel kritiek op onderwijs op godsdienstige grondslag.

Het Hagalyceum is al een tijd regelmatig in het nieuws. Omdat islamitisch onderwijs dus wel is toegestaan, gaat het er nu om of er sprake is van antidemocratisch onderwijs of salafistische invloeden. Daar kan de onderwijsinspectie geen bewijs voor vinden.

Er zijn ook reformatorische scholen, niet alleen in kleine plaatsen, maar ook in Rotterdam en Amersfoort. Daar hoor je haast nooit wat over. Ze horen bij de bevindelijk gereformeerde kerken en politiek bij de SGP. Daar onderwijst men bekrompen standpunten als volledige afwijzing van abortus en euthanasie, geen gelijke rechten voor vrouwen en homoseksuelen enzovoort.

Maar antidemocratisch of iets dat vergelijkbaar is met salafisme (wat geen eenduidige stroming is) valt ook hier vast niet aan te tonen.

De enige uitweg is om het reguliere onderwijs vrij te maken van wat voor religieuze grondslag dan ook. In het openbaar onderwijs wordt ook wel aandacht besteed aan godsdiensten en er zijn zelfs godsdienstlessen, al zijn die niet verplicht en wordt soms als alternatief humanistich vormingsonderwijs aangeboden. Het aanpassen van de zogenoemde vrijheid van onderwijs is niet in strijd met de godsdienstvrijheid: het blijft mogelijk op allerlei manieren vanuit een geloof te leven.

Maar wat valt te verwachten van een kabinet waar de CU in zit (die 3% van de stemmen kreeg in 2017) met maar liefst twee ministersposten, waaronder onderwijs!

 

Dit artikel is geschreven door een van de leden van het Atheïstisch Verbond. Beweringen en meningen, geuit in de artikelen en mededelingen op de pagina’s van Atheïstisch Verbond site zijn die van de auteur(s) en niet (noodzakelijkerwijs) die van de redactie, de webmaster of de provider noch de Vereniging Atheïstisch Verbond. Het Verbond kan er niet voor instaan dat de informatie op de website geschikt is voor het doel waarvoor de informatie door de bezoeker/ster wordt geraadpleegd.